Haken voor beginners

Ben je op zoek naar een leuke, ontspannende hobby? Dan is haken echt iets voor jou! Haken is een bezigheid waarbij je iets creëert en het werkt ook nog ontspannend. Haken voor beginners is ook niet moeilijk, alleen je moet de basis kennen. Meer informatie over de basis vertellen we jou in deze blog. Na het lezen van deze blog kun jij aan de slag om de mooiste werkjes te haken. Voor meer tips kun je ook onze blog leren haken doornemen.

Haken voor beginners benodigheden?

Voordat je begint, moet je de juiste benodigdheden in huis halen. Voor het haken van een werkje heb je de onderstaande dingen nodig:

Haaknaalden (set)
Haakgaren van katoen of wol
Meetlint
Schaar

Voor beginners heb je deze basisbenodigdheden nodig voor het haken van je eerste
haakproject!

Geschikte steken haken voor beginners

1. Een opzetlus haken

Om te leren haken neem je eerst het draad, die leg je in een rondje of die draai je één keer om je vinger. Vervolgens haal je het achterste draad door de cirkel. Trek de draad aan om de opzetlus op de juiste grootte te krijgen.

2. Losse haken

Neem de haaknaald in de rechterhand en het draad waarmee je haakt in je linkerhand. Het draad ligt over je wijsvinger. Steek de haaknaald in de opzetlus, onder het draad door, sla het draad om de haaknaald en trek het draad door de lus. Zo ontstaat er een nieuwe lus met een v-tje eronder. Trek de nieuwe lus een beetje aan, maar zorg ervoor dat die niet te strak om de haaknaald heen zit. Als de lus te strak om de haaknaald heen zit, maak je het haken moeilijker. Dit geeft uiteindelijk ook een strak en stijf resultaat.

3. Halve vasten haken

Een halve vaste wordt gebruikt om een cirkel te sluiten, verschillende delen aan elkaar te zetten of het beginpunt van je haakwerk te verplaatsen. Steek de haaknaald in de volgende steek, sla het draad om de naald, en haal het draad door de steek en de lus op de naald. Halve vaste steken haken kun je natuurlijk ook als gewone haaksteek in je werk gebruiken. Het haakwerk wordt dan wel wat stug en vast.

4. Vasten haken

De vaste steek is de meest eenvoudige steek die er is en zorgt ervoor dat het werk vast en stevig wordt. Een steek die veel gebruikt wordt voor interieur ontwerpen. Denk hierbij aan een mandje of een kleed. Steek de haaknaald in de volgende steek, sla het draad om de naald en haal door. Nu heb je twee lussen op de haaknaald. Sla de draad weer om de naald en haal nu door de twee lussen zodat je nog maar één lus hebt.

5. Stokjes haken

Een stokje haken is veruit de meest gebruikte steek bij het haken. Deze steek maakt het haakwerk soepel, maar toch gesloten. Met de stokjes haak je eenvoudig allerlei leuke figuren of patronen. Een stokje haken moet als volgt: sla het draad om de haaknaald, steek het in de volgende steek, sla het draad weer om de haaknaald en haal door. Je hebt nu drie lussen op de naald. Vervolgens sla je het draad weer om de haaknaald en haal je het door twee lussen, zo heb je nog twee lussen op de naald. Tenslotte sla je nog één keer de draad om de naald en haal die door de twee vaste lussen. Zo heb je nog één lus op de naald. Nu is je stokje af.

6. Afhechten

Als je klaar bent met haken, dan is het de kunst om de afwerking goed te doen. Trek de lus van de haaknaald af en maak het een beetje groter, zodat hij ongeveer 7 cm lang wordt. Knip de lus in het midden door met een schaar. Trek het draadje dat uit het project steekt stevig aan. Steek het eind van het garen door de haaknaald. Rijg aan het eind van het garen terug door het project, zodat deze verdwijnen. Knip de overbodige draadjes af als je het garen bij het eind van het project heen en weer hebt gestoken. Ten slotte rek je de laatste rij van het project even uit en dan is het netjes afgehecht.

Oefen zelfs met haken voor beginners

Met deze basistechnieken kun je aan de slag met het haken voor beginners en steeds beter worden in haken. Vergeet niet om geduldig te oefenen; hoe meer je oefent, hoe mooier je haakprojecten worden!